Referentiemateriaal

Bestuurders en leden van de raad van toezicht van pensioenfondsen

In de wet Versterking bestuur pensioenfondsen is een op de pensioensector gerichte eigen regeling voor de limitering van het aantal bestuurs- en toezichtfuncties opgenomen. De regeling was echter niet van toepassing op benoemingen tot bestuurder of lid van de raad van toezicht van een pensioenfonds voor 1 juli 2014, maar werd in de praktijk al wel als richtsnoer gebruikt door DNB.

DNB vraagt bij de toets op geschiktheid naar de normering van tijdsbeslag. Dit betekent dat DNB verwacht dat een pensioenfonds voor de toets naar geschiktheid óók aangeeft wat de 'Voltijd Equivalent Score' (VTE score) is van de te benoemen bestuurder of toezichthouder. De VTE score houdt de volgende gewogen cijfermatige beoordeling van tijdsbeslag in:

  NV, BV, stichting Groot pensioenfonds Klein pensioenfonds
Bestuursvoorzitter 0,6 punten 0,6 punten 0,3 punten
Bestuurder 0,6 0,4 0,2
Voorzitter toezichthoudend orgaan 0,4 0,2 (RvT) 0,2 (RvT)
Lid toezichthoudend orgaan 0,2 0,1 (RvT) 0,1 (RvT)

Er wordt onderscheid gemaakt tussen 'grote' en 'kleine' fondsen. Een groot fonds is een fonds met meer dan 10 miljard Euro aan beheerd vermogen. Een klein fonds is een fonds met een beheerd vermogen van 10 miljard Euro of minder. Beheerd vermogen is het totaal aan activa van het fonds, zoals gerapporteerd in de jaarstaten.

Bij het bepalen van de VTE score wordt gekeken naar bestuurs- en toezichtfuncties bij BV's, NV's en stichtingen, zowel bij fondsen als niet-fondsen. Een bestuurs- of toezichtfunctie bij een BV, NV of stichting (niet-pensioenfonds), telt alleen mee, als het gaat om een ‘grote’ NV, BV of stichting.

Voor deze regeling geldt verder:

  • De benoeming bij verschillende rechtspersonen die met elkaar in een groep zijn verbonden, telt als één benoeming;
  • Onder toezichthoudend orgaan wordt verstaan: een raad van toezicht, een raad van commissarissen of als bij een rechtspersoon (niet-pensioenfonds) de bestuurstaken zijn verdeeld over uitvoerende en niet-uitvoerende bestuurders, de niet uitvoerende bestuurders. Op niet-uitvoerende bestuurders van pensioenfondsen zijn de VTE scores van bestuurders van toepassing.
  • Een tijdelijke aanstelling door de Ondernemingskamer op grond van artikel 349a, tweede lid, of artikel 356, onder c, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, geldt niet als benoeming;
  • De nietigheid van de benoeming op grond van deze regeling heeft geen gevolgen voor de rechtsgeldigheid van de besluitvorming waaraan is deelgenomen.

Kandidaten die vanaf 1 juli 2014 benoemd worden tot bestuurder of lid van de raad van toezicht van een pensioenfonds, moeten voldoen aan de normering van tijdsbeslag, zoals hierboven aangegeven. Indien een bestuurder een VTE score van hoger dan 1 heeft, zal het pensioenfonds niet tot benoeming van de persoon mogen overgaan.

DNB zal bij de toets naar geschiktheid zowel de VTE score betrekken als ook de vraag of een bestuurder feitelijk voldoende tijd kan besteden om de beoogde functie uit te voeren. Het pensioenfonds moet motiveren dat de bestuurder of toezichthouder feitelijk voldoende tijd aan de functie kan besteden om deze naar behoren te kunnen uitvoeren, ook als de VTE score 1,0 bedraagt of minder. Dit betekent dat zelfs bij een VTE score 1,0 of minder, DNB van mening kan zijn dat de kandidaat feitelijk onvoldoende tijd aan de functie kan besteden en daarom ongeschikt is voor de functie.

 

Check uw benoeming